Opvoeden van Kinderen

Luister naar de origineel gesproken openbaring in de Engelse taal:

Download (rechtsklik om te downloaden)

Zoals geopenbaard aan
Marshall Vian Summers
op 18 december 2007
te Boulder, CO, Verenigde Staten

Over deze opname


Wat je in deze audioopname hoort is de stem van de Engelenschare die door de Boodschapper Marshall Vian Summers spreekt.
 
Hier wordt de orginele communicatie van God, die zich voorbij woorden bevindt, in menselijke taal en begripsvermogen vertaald door de Engelenschare die over de wereld waakt. De Schare spreekt Gods Boodschap vervolgens uit via de Boodschapper.
 
In dit opmerkelijke proces, spreekt de Stem van Openbaring opnieuw. Het Woord en het Geluid zijn in de wereld. Voor het eerst in de geschiedenis is het voor jou en voor de wereld mogelijk gemaakt om de opname van de oorspronkelijk gesproken openbaring te ervaren.
 
Moge jij de ontvanger zijn van dit geschenk van de Openbaring en moge jij open staan om deze unieke Boodschap voor jou en voor jouw leven te ontvangen.

Noot voor de lezer:
Deze vertaling werd voor de Society verzorgd door een student van de Nieuwe Boodschap die aangeboden heeft om de originele Engelse tekst te vertalen. Wij stellen deze vertaling in haar vroege vorm beschikbaar voor de wereld om mensen de mogelijkheid te geven in hun eigen taal kennis te maken met een deel van de Nieuwe Boodschap.

Het is belangrijk te bedenken dat het ieders doel in de wereld is om de Kennis die God in hen heeft geplaatst te ontdekken en dit naar beste vermogen te doen, gezien hun omstandigheden en hun mogelijkheden om een bijdrage te leveren.

Op veel plaatsen in de wereld zijn deze mogelijkheden en omstandigheden tegenwoordig zeer beperkt, omdat mensen worstelen om onder zeer moeilijke milieu- en politieke omstandigheden in hun levensonderhoud te voorzien.  In sommige gevallen worden zij ook beperkt door hun religieuze overtuigingen. Dit creëert grote problemen voor mensen om hun ware Goddelijke natuur te begrijpen en beperkt hun toegang tot de ontdekking en uitdrukking van Kennis, de diepere Intelligentie die de Schepper van al het leven als potentieel in ieder mens heeft geplaatst.

De mogelijkheid om kinderen te krijgen binnen een ondersteunende omgeving van een huwelijk is dus zeer uniek in de mogelijkheden die het een persoon kan bieden om een echt voordeel te behalen in het ontwikkelen van de verbinding met Kennis en in het ervaren van de kracht en de aanwezigheid van Kennis, zelfs vanaf jonge leeftijd. Hier heb je als ouder de mogelijkheid om een meer optimale omgeving te creëren waarin Kennis kan worden ervaren en tot uitdrukking kan worden gebracht in de jongere.

Zeer jonge kinderen ervaren Kennis vaak in hoge mate, maar zij worden gedwongen zich aan te passen aan omgevingen waar Kennis niet wordt herkend of geuit, waar echte eerlijkheid niet wordt gewaardeerd of ervaren. Ze zijn uiterst beïnvloedbaar en gevoelig, en daarom pikken ze alle krachtige invloeden op in de mentale omgeving – de omgeving van gedachten om hen heen. En omdat ze hulpeloos zijn en nog niet de kracht hebben om hun eigen bewustzijn en hun eigen grenzen te bepalen, staan ze open voor al deze krachten en invloeden.

Een positieve mentale omgeving voor kinderen is zeer belangrijk – een omgeving die bemoedigend is en toch de nadruk legt op een soort praktische wijsheid die ze nodig zullen hebben om met succes in de wereld te kunnen functioneren en te leren hoe ze met andere jongeren, en ook met andere volwassenen, moeten omgaan.

Hoewel het niet noodzakelijk is dat een jongere de Nieuwe Boodschap van God leert kennen, is het wel belangrijk dat hij kan deelnemen aan het verwerven van de vaardigheden die de Nieuwe Boodschap verschaft – leren om Kennis te ervaren; leren om objectief te onderscheiden wat er gaande is; leren om de eigen ervaring belangrijker te vinden dan de verwachtingen van anderen; de gevaren en kansen van de wereld herkennen; wijsheid ontwikkelen over hoe je met mensen moet omgaan: wanneer je je moet uiten, wanneer je je niet moet uiten; hoe je naar anderen moet luisteren om te onderscheiden wat ze werkelijk communiceren; hoe je de krachten om je heen moet interpreteren.

Dit lijkt allemaal erg geavanceerd, maar in wezen is het heel eenvoudig als het individu de eigen ervaring op waarde weet te schatten en mettertijd vaardigheid verwerft in het interpreteren van wat er binnenin en buiten zichzelf gebeurt.

Een jong kind een heleboel dingen geven om in te geloven werkt hier averechts. Dit begint het bewustzijn te beperken en de geest op te sluiten. Hier kan religieuze opvoeding op jonge leeftijd zeer schadelijk zijn voor een jong iemand.

Want uiteindelijk is het noodzakelijk dat de mensen, in plaats van God te loven of te geloven in de dictaten of de beginselen van een bepaalde godsdienst, dat ze waarderen en volgen wat God binnenin hen heeft geplaatst.

In de Nieuwe Boodschap wordt dit Kennis genoemd. Het is de diepere Geest binnenin ieder mens. Je werd met deze diepere Geest geboren. En hoewel je intellect wordt gevormd en ontwikkelt door de wereld om je heen, door de invloed van je ouders en familie, leeft Kennis nog steeds binnenin je. Zij zendt boodschappen naar je. Zij geeft je zelfs al op zeer jonge leeftijd raad.

Bij het opvoeden van een jong kind, kun je Kennis binnenin hen niet vernietigen, maar je kunt Kennis bedekken met ideeën, overtuigingen en verwachtingen. En omdat het kind ook geboren is met een menselijke natuur, zal het ook menselijke neigingen hebben. Ze zullen boosheid kennen. Ze zullen teleurstelling kennen. Ze zullen jalousie kennen. Ze zullen dingen willen die niet goed voor hen zijn. Ze zullen nog niet het vermogen hebben om te onderscheiden wat gezond is van wat ongezond is, wat gevaarlijk is van wat heilzaam is. Dit maakt allemaal deel uit van de o zo belangrijke wijsheidstraining die ze moeten beginnen te accumuleren, zelfs op zeer jonge leeftijd.

Dus terwijl het kind geboren wordt met Kennis volledig intact, moeten het wijsheid leren. Wijsheid moet onderwezen worden. Daarom, is het heel belangrijk om je kind in het begin te steunen door het wijsheid te leren op een heel fundamenteel niveau: wat hen zal helpen tegenover wat hen zal schaden, wat goed lijkt tegenover wat werkelijk goed is, wat bevorderlijk is en wat gevaarlijk is.

Het is treurig dat de meeste ouders dit onderscheid zelf niet eens goed kunnen maken, en dus kunnen ze hun kinderen niet onderwijzen wat ze zelf nog niet hebben geleerd. Daarom wordt in de Nieuwe Boodschap, niet veel nadruk gelegd op het onderwijzen van kinderen, omdat het de ouders zijn die een basis in Kennis moeten verwerven en moeten leren hun eigen wereldse wijsheid, voor zover die tot nu toe tot stand is gebracht, te onderscheiden van hun eigen verlangens, overtuigingen en voorkeuren.

De voorbereiding van de ouders is dan ook de eerste stap, want ze kunnen hun kinderen niet geven wat ze zelf nog niet geleerd hebben. Wanneer de ouder nog geen echt onderscheidingsvermogen heeft geleerd, nog niet de waarde van discretie heeft leren kennen, nog niet objectief binnenin zichzelf heeft leren luisteren, nog niet heeft geleerd zijn oordeel en veroordeling van anderen te beteugelen, nou, wat kunnen ze hun kinderen dan anders geven dan hun eigen vooroordelen, hun eigen verwachtingen en de last van datgene wat ook in hun kindertijd op hen werd gelegd?

Wat belangrijk is voor kinderen is ook wat belangrijk is voor volwassenen – Kennis, wijsheid, relaties en bestemming.

Zoals Wij hebben gezegd, wordt iedereen geboren met Kennis intact. In feite is Kennis zelfs binnenin de pasgeborene volledig intact. Zij bevat het doel van de persoon en zijn richting. Zij bevat de informatie over wie hij moeten ontmoeten, wat hij moeten bereiken en de interne wijsheid die hij nodig heeft om dit alles te kunnen vinden in de loop van zijn leven, gedurende de vele onzekere gebeurtenissen waarvoor het leven hem zal plaatsen en waarin hij terecht zal komen.

Je hoeft kinderen geen Kennis bij te brengen, omdat je Kennis niet kunt onderwijzen. Je kunt mensen er alleen aan herinneren dat Kennis binnenin hen leeft en dat er een weg naar Kennis is, dat er Stappen naar Kennis zijn die ze kunnen nemen.

Voor het jonge kind is het dan ook belangrijk dat het begint te waarderen wat het ziet en voelt. Het is op zeer jonge leeftijd te vroeg om onderscheid te leren maken in de eigen ervaring. Eerst moet je leren hoe je aandacht kunt schenken aan je eigen ervaring en hoe je je eigen ervaring moet inschatten. Dit komt vóór het maken van onderscheid, vóór het leren onderscheiden wat echt waar is van wat niet waar is.

Als je kinderen vertelt dat hun dromen onjuist zijn, dat hun gevoelens onbelangrijk zijn, zullen ze geen waarde hechten aan hun eigen ervaring. Je leert hen dat hun eigen ervaring waardeloos is, dat deze geen betekenis heeft en dat ze alleen maar moeten leren de dictaten van de cultuur en de religie te volgen.

Dit is uiterst gevaarlijk. En voor veel mensen zet dit een patroon van nederlagen in gang waarmee ze de rest van hun leven zullen moeten leven – een patroon van teleurstellingen die ze misschien nooit te boven zullen komen.

Je wilt dat kinderen beginnen te luisteren naar hun ervaring. Vraag hen wat ze zien. Vraag hen wat ze voelen. Laat ze zichzelf uitdrukken. Zelfs als wat ze zien en voelen absurd of onwaar lijkt, is het belangrijk dat ze binnenin zichzelf kunnen leren luisteren. Wat ze horen is nog niet zo belangrijk, niet zo belangrijk als het verlangen en het vermogen om te horen en te luisteren en te voelen wat je eigen ervaring je vertelt.

Evalueren komt later. Het onderscheiden van iemands ervaring komt later. Als je geen toegang hebt tot je eigen ervaring, nou, dan weet je niet wat je moet onderscheiden. Je bent niet in staat het verschil te zien tussen je ervaring en je ideeën.

Dit is het grote probleem waar de mensheid en andere vormen van intelligent leven in het universum mee te maken hebben. Want je wordt geboren met twee geesten – een geest om mee te denken en een Geest om te Weten. De Geest om te Weten is het permanente deel van jou. Hij is het geschenk van de Schepper met als doel je te begeleiden, je te beschermen en je te leiden naar grotere prestaties in het leven.

De geest om mee te denken dient feitelijk om door de details van het leven te navigeren, om met de fysieke werkelijkheid om te gaan, om vaardigheden en communiceren te leren. Hij speelt natuurlijk een fundamentele rol, maar hij moet niet de gids van je leven worden, want hij is bedoeld om Kennis te dienen, zoals de geest bedoeld is om de Geest te dienen.

Dus wat het zeer jonge kind betreft, laat het naar zijn ervaring luisteren: “Wat voelde je vandaag bij het zien van dit ding? Hoe vond je het om bij deze mensen te zijn? Wat voel je op dit moment?” En laat ze zich gewoon uiten. Laat ze luisteren. Laat ze proberen te begrijpen wat hun eigen ervaring is, en moedig hun uiting aan.

Naarmate ze ouder worden, kun je ze, als je jezelf kent, het verschil beginnen te onderwijzen tussen denken en het werkelijk ervaren van Kennis. Het verschil hier is vrij diepgaand, maar de meeste mensen kunnen het onderscheid nog niet goed maken.

Wat gekend wordt, is zeer doordringend binnenin je aanwezig. Het verandert niet. Het wankelt niet. Het is niet onderhevig aan de mening van anderen of sociale conditionering of heersende overtuigingen in je samenleving. Je voelt het in je hele lichaam. Misschien voel je het als een idee. Misschien ervaar je het als een idee. Misschien ervaar je het als een gevoel. Misschien zie je een beeld dat ermee verbonden is. Het is totaal verschillend van je gedachten. Het is blijvend. Het is doordringend. Het is voelbaar in je hele lichaam.

Maar de geest denkt de hele tijd en dus kunnen deze ervaringen zeldzaam lijken, en ze kunnen verloren gaan in je denken, je opvattingen, je overtuigingen en je reacties op de wereld om je heen.

Een jongere laten luisteren naar zijn ervaring is het begin van leren luisteren naar Kennis – te luisteren, te voelen, te zien, te kijken, in jezelf beginnen te luisteren terwijl je naar de wereld luistert, in jezelf beginnen te luisteren terwijl je de wereld ervaart. Dit is natuurlijk voor zeer jonge kinderen, maar ze hebben nog geen enkele wijsheid ontwikkeld. Kennis is dus slechts een potentieel binnenin hen.

Denk niet dat kinderen wijs zijn. Ze hebben nog geen wijsheid. Ze zullen van de klif lopen als je ze hun gang laat gaan. Ze zullen hun handen in het vuur steken als je ze hun gang laat gaan. Ze hebben nog geen wijsheid.

Wijsheid is dan ook erg belangrijk. Iedere ouder weet ongetwijfeld dat hij zijn kinderen bepaalde basisvaardigheden moet leren om gevaar te vermijden. Dit is het allereerste begin van wijsheidstraining, die uiteindelijk gaat over hoe je in de wereld moet zijn – hoe je in de wereld moet zijn geleid door Kennis.

Maar je moet deze dingen leren. In de wereld zijn is zo anders dan in je Aloude Huis zijn. Het duurt jaren en jaren en jaren om deze dingen te leren. Menselijke beschaving, menselijke betrokkenheid, menselijke relaties zijn zeer complex en erg tegenstrijdig. Het vergt echte vaardigheid om door dit alles te laveren zonder jezelf te verliezen, of zonder ten prooi te vallen aan verslaving, depressie en zelfvernietiging.

Dus als je je kind meeneemt het huis uit, de wereld in, begin je hem dingen over de wereld te leren. Laat hem kijken. Vertel hem heel objectief waar hij naar kijkt. Oordeel niet over andere mensen. Zeg niet: “Dit is goed.” “Dit is slecht.” Laat hem gewoon kijken. Vertel hem wat daar aan de hand is – wat die mensen aan het doen zijn.  Neem hem mee de natuur in. Laat hem kijken naar de dieren en de planten, want dat is een heel verfrissende mentale omgeving voor een kind.

Laat hem binnen grenzen dwalen. Laat hem onderzoeken. Kinderen vinden het heerlijk om op onderzoek uit te gaan. Let op hen, maar wees niet overdreven beschermend. Vraag hen wat ze meemaken. Wijs hen op dingen. Breng deze tijd met hen door en kijk zoals zij kijken – met frisse, open blik.

Wanneer je te druk bent om deze tijd met kinderen door te brengen, dan zou je geen kinderen moeten hebben. En wanneer je kinderen hebt, moet je accepteren dat dit een deel is van hun geschenk aan jou, en dat dit een deel is van jouw geschenk aan hen.

Deze wijsheidstraining zou niet gepaard moeten gaan met zeer bangmakend taalgebruik. Je wilt kinderen niet terroriseren. Je wilt gewoon dat ze zelf in staat zijn om te begrijpen waar ze naar kijken, terwijl je hen bepaalde richtlijnen geeft: plaatsen die veilig zijn, plaatsen die onveilig zijn, menselijke ontmoetingen die veilig zijn, menselijke ontmoetingen die niet veilig zijn. Dit is normaal natuurlijk, in bijna alle gezinnen, maar het wordt in de meeste situaties niet erg ver doorgevoerd. Daar moet je gedurende de hele ontwikkeling van je kind mee bezig blijven.

Op een bepaald punt in de adolescentie, nou, dan kun je ze geen wijsheidstraining meer geven.  Ze zullen niet naar je luisteren. Ze moeten van anderen leren. Daarom is het goed om andere volwassenen in hun leven te hebben die hen kunnen helpen dingen te leren en te ervaren – andere familieleden of goede vrienden. Het is belangrijk dat kinderen toegang hebben tot meer volwassenen dan alleen hun ouders.

Het derde punt is onderscheidingsvermogen. Hier wil je dat je kind kan luisteren naar zijn eigen ervaring en mettertijd leert te onderscheiden wat wezenlijk is in zijn ervaring en wat niet, wat hij ten diepste voelt bij dingen die hem slechts oppervlakkig bezighouden.

Wat horen ze werkelijk in iemand? Hoe beoordelen ze andere mensen? Een kind kan bijvoorbeeld het lijden ervaren van zijn ouders of andere volwassenen waaraan het wordt blootgesteld. Het is belangrijk om hen in staat te stellen dit te uiten door te vragen: “Wat zag je in deze persoon? Wat voelde je toen je bij deze persoon was?” Dit maakt allemaal deel uit van hen te betrekken bij een zeer natuurlijk onderscheidingsvermogen dat een van de grote gaven van Kennis binnenin hen is.

Hoewel je iemand iets kunt vertellen dat niet waar is, kun je er niet voor zorgen dat Kennis binnenin hem dat gelooft. Terwijl je oneerlijk kunt zijn in hoe je jezelf voordoet, kun je Kennis in de ander niet voor de gek houden. Als je boos bent, zullen ze het voelen. Als je bezorgd bent, zullen ze het voelen. Als je bang bent, zullen ze het voelen. Als je oneerlijk bent, zullen ze het voelen.

Het is dit onderscheidingsvermogen dat je in je kind wilt hebben, want dit is een fundamentele vaardigheid in het leven. Dit zal hen voor vele rampen behoeden en zal hen steeds meer kracht geven als ze tijdens hun kindertijd en adolescentie opgroeien.

Deel de wijsheid van andere mensen – van leraren, van dichters, van musici, van grote denkers. Stel hen bloot aan wijsheid. Vertel hen niet wat het betekent of hoe ze het zouden moeten zien. Laat hen er zelf mee bezig gaan – wanneer ze daartoe in staat zijn, wanneer ze een leeftijd bereiken waarop ze complexere gedachten of diepere inzichten kunnen overwegen, wanneer hun evaluatievermogen groeit.

En deel met hen in ieder geval de wijsheid die jij in je leven hebt verworven – de dingen die je deed die niet werkten, de dingen die je deed die echte fouten waren; de dingen die je deed die echt een verschil maakten, die zeer wijs en doeltreffend waren. Deel hier je ervaring, maar geef er niet al te veel tekst en uitleg bij. Zeg alleen: “Ik deed dit en dit is wat er gebeurde en het was een vergissing.” Of: “Ik heb dit gedaan en dit is wat er gebeurd is en het heeft echt heel goed voor me uitgepakt.”

Als je inzichten hebt die blijken te kloppen, deel die dan met je kinderen. Ze willen het weten. Ze zijn geïnteresseerd in deze dingen. Maar je moet er vroeg mee beginnen. Je kunt niet met je kind beginnen te praten als het een puber is, want dan luisteren ze misschien niet meer naar jou. Ze proberen naar andere mensen te luisteren. Ze zijn zich al van jou aan het distantiëren.

Vervolgens hebben we een doel, maar een doel is iets dat zich op natuurlijke wijze in het individu ontwikkelt als zijn fundament is gestoeld op kennis en als hij een groeiende hoeveelheid wijsheid in zijn leven heeft opgedaan. Vaak wordt van kinderen verwacht dat zij al op jonge leeftijd weten wat hun leven gaat worden, waar hun leven over gaat, en dat is niet nuttig. Of moeten ze professionele vaardigheden leren, of ze hebben onderricht nodig.

Leg de vraag naar het doel niet te vroeg op. Wanneer het tieners zijn, zeg voorbij de leeftijd van veertien en vijftien jaar, dan is het belangrijk te beginnen met hen voor te stellen na te denken over wat hun grootste vaardigheden zijn en wat ze kunnen doen in de wereld. Maar dit is in het allereerste begin. Het is een vraag, geen antwoord. Het is een mogelijkheid, geen eis. Het is iets waarvan je wilt dat ze er zelf over nadenken.

Veel van hun conclusies zullen niet waardevol zijn, maar dat is prima omdat ze erover nadenken. Ze laten de vraag open, want hier is de vraag belangrijker dan het antwoord. Want ze zullen moeten leren om vragen te overwegen die niet onmiddellijk beantwoord kunnen worden. Dit zal deel uitmaken van hun wijsheidstraining – te leven met vragen in plaats van antwoorden over te nemen.

Veel volwassenen hebben massa’s antwoorden en geen wijsheid, ze hebben niet het vermogen, de bekwaamheid om met de vraag te leven. Ze zijn te onzeker. Ze zijn te zeer gericht op hun ideeën en hun overtuigingen. Ze denken dat hun overtuigingen de waarheid zijn. Ze denken dat hun ideeën zijn wie ze zijn, omdat ze nooit hebben geleerd over de diepere Geest binnenin hen, en ze daar nooit een fundament hebben gelegd.

Uiteindelijk is het grootste geschenk dat je je kind met betrekking tot het doel kunt geven, dat je zelf een echt doel leeft, dat je zelf een doel laat zien. In feite worden alle vier de dingen die we hebben genoemd – Kennis, wijsheid, onderscheidingsvermogen en een doel – het best onderwezen door demonstratie. Als een kind opgroeit in een omgeving waar zijn of haar ouders bezig zijn met werk met een echt doel, dan is dat meer waard dan alle woorden in de wereld. Dat zegt meer dan woorden kunnen overbrengen.

Daarom is de Nieuwe Boodschap gericht op de volwassene en niet op het jonge kind. Maar volwassenen hebben kinderen, en wanneer je kunt beginnen met je kind te onderwijzen wat je aan het leren bent door demonstratie en door aanmoedigend inzicht en observatie, dan kun je wat je leert doorgeven aan hen die onder je hoede zijn, die naar je kijken om Kennis en wijsheid te leren.

Welnu, je kind zal moeten leren omgaan met de wereld en met het onderwijs in de wereld en met de sociale omgeving met andere kinderen en met andere volwassenen. En hier heb je veel problemen en veel gevaren.

Laat ons eerst zeggen dat het belangrijk is, indien mogelijk, dat jouw kind niet in een omgeving wordt geplaatst waar het geruime tijd met het andere geslacht moet omgaan. Het is optimaal dat meisjes op jonge leeftijd met meisjes leren en jongens met jongens. Het is belangrijk dat jonge mensen de kans krijgen een gevoel voor zichzelf en hun eigen diepere neigingen te krijgen voordat ze in situaties worden geplaatst waar er zeer sterke sociale krachten bestaan om zich aan te passen.

Een deel hiervan kan niet worden vermeden omdat dat nu eenmaal de wereld is, maar het is heel belangrijk dat kinderen heel weinig worden blootgesteld aan seksualiteit en aan pogingen om zinvolle betrekkingen aan te gaan met kinderen van het andere geslacht. Op zeer jonge leeftijd zullen zich spelenderwijs vriendschappen ontwikkelen en dat is prima, maar wanneer kinderen de adolescentie ingaan, is het belangrijk dat ze een gevoel van eigenwaarde krijgen voordat ze gedwongen worden zich aan te passen aan de complexiteit en de compromissen die een echte sociale omgeving met andere kinderen met zich meebrengt.

Te vroeg seks hebben is schadelijk. Het is voorbarig. Het verlegt de focus van een persoon voordat hij een gevoel over zichzelf en zijn richting in het leven heeft gekregen. En het is zo dat jonge jongens en meisjes die op deze manier niet veel sociale contacten hebben gehad, later echte contribuanten zijn geworden en succesvol in hun inspanningen in het leven.

Want een jonge jongen zou zijn vaardigheden in werk moeten cultiveren. Hij zou moeten nadenken over zijn beroep. Hij zou praktische vaardigheden moeten ontwikkelen en niet achter meisjes aanzitten, en hetzelfde geldt voor meisjes. Ze [beiden] moeten zich richten op onderwijs, op het ontwikkelen van levensvaardigheden, op het opbouwen van wat de Nieuwe Boodschap de Vier Pijlers van hun leven noemt: de Pijler van Relaties, de Pijler van Gezondheid, de Pijler van Werk en de Pijler van Spirituele Ontwikkeling, wat – op deze manier, in deze context – het cultiveren van wijsheid en de ervaring van Kennis is.

Je wilt dat je kinderen vrije denkers worden, en niet slechts echo’s van de cultuur. Je wilt dat kinderen voor zichzelf denken, beslissingen nemen, en niet simpelweg volgen wat hun vrienden hen vertellen of wat ze denken dat ze moeten geloven om sociaal aanvaardbaar te zijn.

Je zult te maken krijgen met deze krachten van het compromis, en in veel gevallen zijn ze niet te overwinnen. Maar hoe meer kracht een kind heeft om voor zichzelf te denken en zijn ideeën en overtuigingen te heroverwegen, des te meer voordeel het in de toekomst zal hebben om een ware koers in zijn leven uit te zetten terwijl het opgroeit.

Nogmaals, de waarde van de mentale omgeving thuis, de betrokkenheid bij het leren en het zien en weten met hun ouders maakt een enorm verschil. Wanneer hun ouders afwezig zijn, niet aandachtig zijn, zullen hun kinderen zich op natuurlijke wijze aangetrokken voelen tot degene die hen aandacht geeft, en dat zijn gewoonlijk hun vrienden en hun sociale omgeving.

Kinderen absorberen culturele waarden en verwachtingen. Zelfs wanneer ze tegen deze dingen in opstand komen, nemen zij ze toch over, want de opstandigheid zelf is een vorm van conformeren. Hoe meer je tegen iets in opstand komt, hoe meer je denkt dat het echt is, hoe meer je het zelf hebt overgenomen.

Willen kinderen dus vrij kunnen denken, dan moeten zij een omgeving hebben waarin dit wordt aangemoedigd, wat misschien niet zo is op school of bij hun vrienden. Jonge jongens en meisjes moeten vaardigheden leren die waardevol zijn. Die zullen ze nodig hebben in de moeilijke tijden die voor hen liggen. Ze moeten leren hoe ze dingen moeten maken en repareren en praktische vaardigheden in onderscheidingsvermogen en relaties – met wie ze wel en met wie ze niet moeten omgaan. Zo enorm belangrijk.

In de adolescentie, kan een kind beginnen met het leren van de Stappen naar Kennis, maar alleen als ze er echt klaar voor zijn en ze het voor zichzelf willen, alleen als ze het voordeel zien dat het hen zal geven in de omgang met anderen en in het laveren door de complexe sociale omgevingen waarin ze waarschijnlijk terecht zullen komen.

Hier moeten de ouders de controle geleidelijk laten varen naarmate je kind in de puberteit komt.  Hier moet je het goede voorbeeld geven. Hier moet je terughoudendheid en tolerantie betrachten. Hier moet je duidelijke verwachtingen hebben van je kinderen die realistisch, haalbaar en menselijk zijn. Hier moeten je leven en je huis zo beheerd worden dat er duidelijkheid heerst over wat aanvaardbaar is en wat niet. Want als er geen grenzen zijn, lijkt niets ertoe te doen. Als er geen consequenties zijn, lijkt niets ertoe te doen. En dat brengt mensen tot wanhoop.

Grenzen worden in je huis gesteld volgens wat de ouders voor zichzelf als levensnorm hebben vastgesteld. Een kind moet binnen deze normen opgroeien, en de normen moeten flexibel genoeg zijn om de kinderen tegemoet te komen. Maar als de ouders onduidelijk zijn, zullen de kinderen onduidelijk zijn. Als er geen grenzen zijn, zal het kind zich onveilig voelen en roekeloos worden.

Hoe meer zekerheid je thuis kunt creëren, en hoe meer deze zekerheid op humane en medelevende wijze wordt versterkt, hoe meer basiszekerheid je kind zal hebben. Ze zullen ervaren wat echte stabiliteit is. Zij zullen zien dat hun ouders hun consistentie, eerlijkheid en integriteit leren, en zij zullen deze dingen overnemen. Als deze dingen ontbreken, zal je kind zich onveilig en niet gesteund voelen. Ze zullen roekeloos worden, en zich op andere zaken storten, wat gevaarlijk voor hen is.

De kracht van Kennis bij de ouders, de kracht van hun relatie en het gedeelde doel binnen die relatie, zijn hier allemaal van cruciaal belang voor het scheppen van een veilige en betrokken omgeving voor kinderen. Hier, als je kind de adolescentie ingaat, zou je hen moeten laten zien waar jij als ouder mee te maken hebt – de moeilijkheden om in je levensonderhoud te voorzien, de problemen in de plaatselijke gemeenschappen. Kinderen zouden van deze dingen op de hoogte moeten zijn, want dat is een deel van hun wijsheidstraining.

Helaas onderwijzen scholen de Vier Pijlers van het leven niet, waardoor jonge mensen zelfs tot en met het hoger onderwijs heel weinig kracht of stabiliteit in hun leven bezitten. Leer jouw kinderen wanneer ze dat kunnen over de Vier Pilaren, over stabiliteit, over onderscheidingsvermogen, over de gevaren van omgang met mensen die roekeloos en zelfdestructief zijn. Zorg voor een zo stabiel mogelijke omgeving voor hen.  Wees consequent in wat je onderwijst, in wat je laat zien.

Verwacht niet dat jouw kinderen jou zullen leiden, want het is jouw verantwoordelijkheid om hen te leiden. Denk niet dat je kinderen wijzer zijn dan jij, want het is jouw verantwoordelijkheid om hen wijsheid bij te brengen. Denk niet dat je kind als je vriend is, want je hebt een leraar/leerling relatie met hen. Laat je kinderen niet afdwalen, vooral niet als ze nog heel jong zijn. Besteed aandacht aan hen en wat hen beïnvloed.

Leer hen onderscheidingsvermogen en wijsheid. Leer hen te luisteren naar hun diepere ervaring. Leer hen door demonstratie de kracht van het doel. Leer hen hun leven en hun toekomst naar waarde te schatten, en hoe ze in de toekomst in hun leven kunnen investeren. Leer hen over geld. Leer hen over werk. Leer hen over seksualiteit. Leer hen wat ze zullen moeten weten om een doelgericht leven te leiden, een leven zonder catastrofes.

Om deze dingen te onderwijzen, moet je ze zelf kennen en moet je ze demonstreren. Nu heeft je studie een grotere betekenis. Nu leer je niet alleen maar voor jezelf, maar ook voor je kinderen. Hier is je kracht in Kennis niet alleen voor je eigen ontwikkeling; het is ook voor het welzijn en voor de toekomst van je kinderen. Hier wordt de ontwikkeling van je eigen wijsheid en je eigen wijsheidstraining een deel van de bron waaruit je kinderen kunnen putten.

Daarom moeten ouders zelf studenten van Kennis worden. Ze moeten zelf studenten in wijsheid worden. Ze moeten studenten van onderscheidingsvermogen worden, studenten van doelgerichtheid.

Wat de Nieuwe Boodschap hier onthult is van de grootste betekenis, en het is zo ontzettend relevant voor de tijd waarin je leeft. Want zij werd gegeven om je voor te bereiden om volledig in het moment te leven en je voor te bereiden op een toekomst die anders zal zijn dan het verleden. En hier leer je je kinderen om volledig in het moment te leven en zich voor te bereiden op een toekomst die anders zal zijn dan het verleden.

Je leert nu niet alleen voor jezelf, maar ook voor anderen. En jouw succes of falen als student van Kennis zal grote invloed hebben op de afloop voor je kinderen, en op andere mensen die je beïnvloedt, en andere mensen die jou ook kennen.

Met kinderen, moet je een leraar worden. Om een goede leraar te zijn, een sterke leraar, moet je een sterke leerling zijn. De Nieuwe Boodschap zal je leren hoe je een goede leerling moet zijn. En door een goede leerling te zijn zul je leren hoe je een goede leraar kunt zijn.

Je kinderen zijn je leerlingen. Daar ontkom je niet aan. Op een bepaald moment zullen ze niet veel meer van jou willen leren. Misschien vanaf de tienertijd tot de vroege volwassenheid, zullen ze naar anderen willen luisteren, maar jij bent hun belangrijkste leraar.

Als je van plan bent kinderen te nemen, moet je deze verantwoordelijkheid aanvaarden. Het is van onschatbare waarde en zal je leven zegenen als je deze verantwoordelijkheid kunt aanvaarden en er doeltreffend mee kunt omgaat.

Wat de Nieuwe Boodschap aan je openbaart zal deel uitmaken van jouw geschenk aan je kinderen, maar het moet een geschenk zijn dat ze kunnen ervaren, niet iets waarin ze geloven. Want ervaring is blijvend, en geloof is als de wind.