De Eisen die gesteld worden aan de Boodschapper

Luister naar de origineel gesproken openbaring in de Engelse taal:

Download (klik rechts om te downloaden)

Zoals geopenbaard aan
Marshall Vian Summers
op 12 maart 2013
te Boulder, Colorado

Over deze opname


Wat je in deze audioopname hoort is de stem van de Engelenschare die door de Boodschapper Marshall Vian Summers spreekt.
 
Hier wordt de orginele communicatie van God, die zich voorbij woorden bevindt, in menselijke taal en begripsvermogen vertaald door de Engelenschare die over de wereld waakt. De Schare spreekt Gods Boodschap vervolgens uit via de Boodschapper.
 
In dit opmerkelijke proces, spreekt de Stem van Openbaring opnieuw. Het Woord en het Geluid zijn in de wereld. Voor het eerst in de geschiedenis is het voor jou en voor de wereld mogelijk gemaakt om de opname van de oorspronkelijk gesproken openbaring te ervaren.
 
Moge jij de ontvanger zijn van dit geschenk van de Openbaring en moge jij open staan om deze unieke Boodschap voor jou en voor jouw leven te ontvangen.

Noot voor de lezer:
Deze vertaling werd voor de Society verzorgd door een student van de Nieuwe Boodschap die aangeboden heeft om de originele Engelse tekst te vertalen. Wij stellen deze vertaling in haar vroege vorm beschikbaar voor de wereld om mensen de mogelijkheid te geven in hun eigen taal kennis te maken met een deel van de Nieuwe Boodschap.

Uiteraard moet iemand die geroepen en voorbereid wordt om een Nieuwe Boodschap van God in de wereld te brengen een lange en zeer moeilijke voorbereiding ondergaan. Het is de voorbereiding die een individu niet voor zichzelf zou kunnen beginnen.
Het moet een roeping van de Hemel zelf zijn. Zij moet gestuurd worden door de Hemel zelf. De uitverkorene moet na een bepaalde tijd uit zijn voormalige leven en geestestoestand naar een nieuw leven en een veel hogere geestestoestand gebracht worden.

Het is een voorbereiding met vele uitdagingen en vele testen. Het is een reis die niemand voor zichzelf zou kunnen bedenken, voor zijn eigen verlichting of zelf-proclamatie, hoewel velen dat wel hebben geprobeerd, en anderen dat zeker in de toekomst ook zullen proberen.
God’s Boodschapper is geen gewoon persoon. God’s Boodschapper is niet gewoon iemand die uit de massa werd geroepen en een belangrijke taak in het leven werd gegeven, of die gevraagd werd een belangrijke boodschap te bezorgen, zoals een postbezorger. Hij moet iemand zijn vanuit de Aanwezigheid der Engelen zelf, die ingewijd moest worden in de wereld, en tijd moest krijgen om zich te ontwikkelen als menselijk wezen terwijl hij geconfronteerd werd met de pleziertjes en de gevaren en de teleurstellingen van het leven in Afscheiding.

Het moet wel iemand van de Raad van Engelen zijn die zo’n taak kan volbrengen. Denk dus nooit dat God’s Boodschapper gewoon een simpel iemand is die werd uitgekozen en belast met een grote en belangrijke missie. Nee, echt niet. Deze persoon zou unieke kwaliteiten moeten bezitten en een hogere associatie om zo’n centrale en belangrijke rol in het leven aan te kunnen nemen.
Want in dit geval zou falen enorm schadelijk zijn, niet alleen voor de uitverkorene maar voor heel de mensheid. Want als de Boodschap niet op de juiste wijze ontvangen, geïnterpreteerd en gecommuniceerd kan worden, dan zal zij verbasterd worden. Zij zou niet compleet zijn.

Want, zie je, de Boodschap vereist de Boodschapper, en de Boodschapper moet de kwaliteiten bezitten die nodig zijn om zo’n grote en veeleisende taak uit te voeren. Als die persoon niet zulke kwaliteiten bezit, dan kan hij niet de Aanwezigheid uitstralen. Hij kan de last niet dragen. Hij zal nooit onzelfzuchtig genoeg zijn om gaandeweg zijn eigen behoeften en pleziertjes op te offeren. Daarom zou hij steevast, als hij niet gekozen werd voor zo’n taak, niet in staat zijn om zo’n missie te volbrengen.

Absoluut kunnen zij die de Boodschapper volgen, nu en in de toekomst, geneigd zijn om God’s Nieuwe Openbaring voor de mensheid verkeerd te interpreteren en verkeerd toe te passen. En spijtig genoeg zal dat ook gebeuren, omdat mensen nog niet de helderheid, de integriteit en het begripsvermogen hebben om zo’n boodschap verder te dragen voorbij de tijd van de Boodschapper.

Daarom worden bepaalde mensen uitgekozen en geselecteerd om dit te doen in het middelpunt van het leven van de Boodschapper. Ook zij moeten zich voorbereiden en voldoen aan eisen. Ook zij moeten een niet uit te leggen reis volgen die ze zelf niet bedacht hebben. Ook zij moeten kunnen omgaan met een hoge mate van onzekerheid en tegenstand in de wereld. Ook zij moeten de visie en het Vuur van Kennis vasthouden ondanks de chaos die zij om zich heen zien en ondanks de tragische aard van de menselijke jacht op geluk en vervulling.

De eisen waaraan de Boodschapper moet voldoen zijn zeer uitzonderlijk. En Wij geven ze nu aan jullie zodat jullie deze persoon kunnen begrijpen, dat jullie mogen onderkennen wat vereist is en erkennen dat maar aan één persoon de verantwoordelijkheid is gegeven om de verkondiging van God’s Nieuwe Openbaring te ontvangen en te initiëren. Als je deze vereisten eenmaal begrijpt zul je dit misschien zelf kunnen accepteren.

Ten eerste, voordat de Boodschapper ook maar weet dat hij de Boodschapper is of er zelfs maar enig idee van heeft, moet voorkomen worden dat hij zijn leven weggeeft aan mensen, plaatsen of dingen. Hij moet een fundamentele opgeleiding ontvangen, maar hij mag zichzelf niet wijden aan een gezin of carrière voordat het moment van inwijding plaats vindt, hetgeen later in zijn leven zou zijn, na zijn jonge jeugdjaren. Daarom moet hij ingetoomd worden, en hij moet zichzelf intomen. Hij moet gehoor geven aan het innerlijke gevoel dat hij zich moet intomen.

Hij mag niet politiek betrokken raken. Hij mag niet maatschappelijk betrokken raken. Hij mag geen radicale standpunten innemen. Hij moet zeer gezond zijn. Hij moet opgroeien in een gezonde familie, maar in staat zijn om die familie met haar verplichtingen en verwachtingen te verlaten. Hij mag geen enkele godsdienstige training volgen, of in bijzondere mate religieus georiënteerd zijn, opdat zijn ideeën niet al vroeg in zijn leven op voorhand gevormd en geformuleerd worden. Hij moet godsdienst respecteren, maar er op geen enkele manier nauw mee verbonden raken.

Hij moet bereid zijn om een hele lange tijd op de komst van zijn ware partner en maatje te wachten. En hij moet dit van binnen voldoende aanvoelen en weten zodat hij geen romance of vaste relatie aangaat alvorens het voor hem geëigend is om te doen.
Hij moet geen fel spirituele beoefenaar worden, want dit zal vooropgezette ideeën los maken die later weer ongedaan gemaakt zouden moeten worden. Dus is het beter dat hij zelfs in dit geval zichzelf intoomt en ingetoomd wordt.

Zijn jeugd zal heel gewoon zijn, maar in sommige opzichten buitengewoon. Hij zal zichzelf of zijn beweegredenen niet begrijpen, want dat kan niet worden begrepen in dit vroege stadium. Hij moet op een gevoel vertrouwen dat er alleen maar af en toe zal zijn.
Hij zal dingen willen hebben maar hij zal ze niet hebben, zonder dat hij weet waarom. Terwijl iedereen om hem heen zichzelf overgeeft aan mensen, plaatsen en dingen, kan hij dat niet doen. Hij moet leren over relaties, menselijke hartstocht en de dwaasheden van romances. Hij moet zien dat mensen allerlei soorten fouten en dwalingen begaan, maar zonder hen te veroordelen.
Hij moet wachten. Dat is hier zo ontzettend belangrijk om te begrijpen. Want wie kan wachten? Kun jij wachten, echt wachten, op het tijdstip, op het moment?

Als de Stralen van Inwijding zo machtig op hem zouden gaan schijnen, zou het zijn hele vroegere leven wegvagen en zijn connecties doorsnijden, precies genoeg zodat hij vrij kon zijn om een grotere reis te ondernemen – een reis niet van eigen makelij, een reis die niemand om hem heen kon begrijpen, behalve misschien de echt wijze mensen.
Hij zou moeten studeren en oefenen voor deze Inwijding. Hij zou moeten beginnen de onverklaarbare Lering van De Weg Naar Kennis te onderwijzen en zelf moeten beginnen met het leren van haar fundamentele en voornaamste lessen.

Hij zou intelligent moeten zijn maar flexibel, deskundig maar klaar voor iets groters zonder te weten wat het is, waarvoor het is of waar het hem zou brengen.
Op het moment van zijn grootse Inwijding, zou hij in staat moeten zijn zijn innerlijke kalmte te bewaren en om de richtlijnen te volgen die ontegenzeglijk zouden voortvloeien uit zo’n indrukwekkende ontmoeting, een ontmoeting die slechts weinig mensen in de wereld ooit op dit intense niveau hebben gehad.
Alleen Jezus, Boeddha en Mohammed zijn op deze manier getroffen. Want zij zijn ook uit de Raad van Engelen voortgekomen, net zoals de Boodschapper voor deze tijd en voor deze wereld.

Mensen kunnen elke titel die zij willen claimen. Ze kunnen van alles aannemen. Ze kunnen van alles geloven. Ze kunnen zich van alles voorstellen. Maar alleen de Hemel weet wie een voorbereiding van deze aard moet ontvangen, en met welk doel, en met welke afloop uiteindelijk.
De Boodschapper zou dan zijn vroegere leven moeten beginnen te ontrafelen, zijn relaties moeten verlaten en een periode van rondzwerven moeten oppakken. Negen maanden zwierf hij rond, niet wetend wat hij aan het doen was, niet wetend waar hij naar toe ging, met net genoeg geld voor zijn onderhoud gedurende deze periode.

Hij zou daarnaartoe moeten gaan waar hij geacht werd naar toe te gaan. Hij zou geen enkele serieuze relatie mogen aanknopen. Hij zou niet moeten weg rennen, en proberen ergens veilig te zijn, of zeker of geliefd of beschermd. Met een hogere bestemming kan hij zichzelf niet overgeven aan deze zaken.
Uiteindelijk, na negen maanden, kwamen We opnieuw bij hem en zeiden hem dat hij moest beginnen een opname voor te bereiden, en dat deed hij. En zo begon, heel vroeg, de overdracht van God’s Nieuwe Boodschap. Toch zou het nog lang duren voor hij zou weten waarvoor het was, waarom het eigenlijk gebeurde, want er was aan het begin geen zekerheid.

Hij kreeg deze rol niet in het begin, want hij zou zichzelf nu moeten bewijzen, steeds weer opnieuw. Zeven jaar lang zou hij zichzelf moeten bewijzen en voorbereiden om de Aanwezigheid der Engelen te ontvangen, wat hij in het begin slechts voor enkele ogenblikken achter elkaar kon doen.
Hij moest het opnemen. Hij moest Onze getuigenis afgeven aan bepaalde mensen. Hij moest met zijn gezin herhaaldelijk verhuizen naar bepaalde plekken die voor zijn ervaring belangrijk waren, zodat hij leerde over de Grotere Gemeenschap en over de meer verborgen krachten die vandaag de dag in de wereld werkzaam zijn, zowel ten gunste als ten nadele van de mensheid.

Zijn partner zou arriveren, en zijn zoon snel daarna. Hij zou vader en echtgenoot zijn en er op alle manieren verantwoordelijk voor moeten zijn, terwijl hij toch nog steeds geleid werd door een mysterieus Licht, zonder vaststaande uitkomst of bestemming. Want deze dingen zouden hem pas heel veel later onthuld worden.
Hij moest emotioneel sterk zijn. Hij moest stabiel zijn. Hij moest geloofwaardig en betrouwbaar zijn, dag in dag uit, en zijn kracht op deze manier opbouwen, net als zijn diepere verbinding met hen die hem hiernaartoe hadden gestuurd.

Hij zou complete leringen ontvangen. Hij zou, steen voor steen, de basis beginnen te leggen, voor de grootste Openbaring ooit aan de mensheid gegeven – te beginnen met de persoonlijke sfeer van mensen, te beginnen met onderwijzen over hoe je een Openbaring moet ontvangen en hoe je die in de loop van de tijd moet beleven en delen met anderen.

Na zeven jaar zou hij de Stappen naar Kennis ontvangen, het boek van voorbereiding binnen God’s Nieuwe Openbaring. Hij moest nu in staat zijn om de Raad gedurende lange periodes te ontvangen, dagen achter elkaar, om deze belangrijke lering en voorbereiding voor de mensheid te ontvangen. Om dit te kunnen doen moest hij opnieuw verhuizen en zijn vroegere thuis voorgoed verlaten, om nooit meer terug te keren, en moest hij zijn gezin meenemen, samen met anderen om hem bij te staan in dit grote avontuur.

Vanaf dit moment moest hij op zoek gaan naar een toekomstig thuis voor de Openbaring. Hij moest dwars door het land reizen, steed weer opnieuw, om deze plaats te vinden, want het kon hem niet gewoon gezegd worden waar hij naar toe moest. Het moest ervaren worden als hij er eenmaal aangekomen was. Want hij moest geheel verantwoordelijk zijn voor zijn daden, ook al werd hij van bovenaf geleid. Hij kon niet beweren dat de Engelen van God hem de weg wezen, want dat hij mocht niet doen. Hij moest voor alles verantwoordelijk zijn, en verantwoordelijkheid op zich nemen voor de gevolgen en verantwoording af kunnen leggen voor zijn daden. Want slechts bepaalde mensen mochten van het echte geheim van zijn leven af weten.

Hij zou door het moeilijke proces heen moeten gaan van het thuis geraken in een totaal nieuwe plaats – waar hij niemand kende, geen kennissen, geen familie en geen voorgeschiedenis had – en daar de grote boeken van de Openbaring beginnen te ontvangen, en een begin te maken mensen op te roepen om hem bij te staan.
Maar hij was nog niet klaar om een wereldleraar te zijn. Hij bezat deze krachten of dit begripsvermogen nog niet. En hij zou nog vele jaren moeten wachten voordat de Openbaring hem stap voor stap gegeven werd en zichzelf uitbouwde tot een Lering voor de hele wereld en uiteindelijk tot een Nieuwe Boodschap van God. Pas later zouden het ware doel en de ware betekenis van zijn lange reis aan hem onthuld worden.

Hij werd ziek en was gedurende lange tijd niet in staat om iets te doen vanwege de enorme inspanning van deze tocht.
Hij moest bepaalde mensen oproepen hem bij te staan. Hij moest zijn zoon opvoeden, die een belangrijk persoon zou worden binnen de Openbaring, en in de toekomst van de Openbaring in deze wereld.

Iedereen om hem heen moest zichzelf behoorlijk ontwikkelen, en niet iedereen zou in staat zijn dit te doen. Sommige mensen zouden wegvallen, anderen zouden trouw bij hem blijven. Hij zou in deze tijd grote problemen hebben met het in stand houden van de jonge organisatie die verantwoordelijk was voor het doorgeven en onderwijzen van God’s Nieuwe Openbaring aan de wereld. Hij moest bouwen aan kwaliteiten als onderscheidings-vermogen, terughoudendheid en discretie, stabiliteit, geloof, vertrouwen en het vermogen om te gaan met kleine problemen bij elke wending en de oprechte behoeften van anderen. Hij moest een zuil van kracht zijn. Zelfs in deze tijd van grote onzekerheid voor hemzelf, moest hij een zuil van kracht zijn voor anderen.

En al die tijd is zijn connectie met de Raad aan het groeien, langzaam, voorzichtig, om te voorkomen dat hij niet meer kan functioneren in de wereld, maar dat hij een brug kan worden tussen deze wereld en de (spirituele) wereld daarboven – waarbij zijn connectie met elk van deze werelden en de Wezens die in elk van deze werelden bestaan krachtiger wordt.
Hij kon immers zichzelf niet overgeven aan God en alle wereldse activiteiten opgeven, want hij zou de zaadjes zaaien en de basis leggen voor grootse wereld-activiteiten en een grootse participatie in de wereld.
Hij mocht geen kluizenaar worden en zich uit het leven terug trekken. Hij moest echtgenoot, vader en leider van een organisatie zijn, en ondertussen werken aan het grote mysterie van zijn leven en doel.

Hij moest verantwoordelijk zijn voor alles wat hij deed en mocht niet aan anderen de Bron van zijn leiding of de aard van het mysterie van zijn leven onthullen. Alleen zijn vrouw en zoon en een paar anderen zouden hiervan afweten.
Hij moest zijn vaardigheden als leraar ontwikkelen, niet alleen voor individuen maar voor groepen mensen, want het zou zijn lot zijn dat hij in de toekomst tot de hele wereld zou spreken.
Hij moest mededogend zijn, wijs en competent, zorgzaam en kritisch, geduldig, oh ontzettend geduldig, jegens zichzelf en anderen.

Hij moest innerlijk luisteren ontwikkelen zodat hij de kracht van Kennis kon horen en voelen terwijl hij de noden van anderen lenigde.
Hij zou mensen moeten laten komen en gaan, want niet iedereen heeft de kracht om de voorbereiding die God’s Nieuwe Openbaring met zich meebrengt aan te gaan.

Hij moest vasthouden aan zijn doel en richting in tijden van grote leegte wanneer hij niets hoorde van de Raad van Engelen. Hij moest zijn eigen kracht opbouwen gebaseerd op Kennis in hemzelf. Want hij zou het sterke voertuig moeten worden voor iets zo groot en zo diep dat de wereld het nauwelijks kan begrijpen.
Door nog meer periodes met gezondheidsproblemen heen zou hij beginnen met de verkondiging en de lessen ontvangen over de verkondiging, ja zelfs lessen over zichzelf, naarmate de Nieuwe Boodschap steeds meer volbracht en vervolledigd werd via hem.

Hij zou eenvoudig moeten zijn, wetend dat dit iets was dat boven hem uitging en groter was dan hij. En toch moest hij erop vertrouwen dat hij de volgende stap kon nemen en niet zou proberen te vluchten, zoals zoveel mensen doen.
Stil zijn zou zijn kracht zijn. Hij zou zichzelf niet bekend maken. Pas als de Openbaring compleet was zou hij een begin maken met haar bestaan bekend te maken en te laten weten dat hij werkelijk de Boodschapper was.

Hij zou zijn eigen weerstand moeten overwinnen, want alleen zij die weerstand bieden worden uitgekozen. Want de taak is te groot, te veeleisend, te onzeker en zelfs te gevaarlijk voor mensen om dit te kiezen met hun volle verstand.
Hij zou de noodzakelijke vaardigheden en verfijningen die de Hemel nodig zou vinden moeten aankweken. En dit zou jaren en jaren en jaren kosten, zoals dat gebeurd is bij alle grote Boodschappers. Want niet één, zelfs als zij worden uitgekozen, is meteen vanaf het begin klaar ervoor.

Het heeft de Boodschapper 30 jaar gekost om dit te doen, en zelfs nog langer, gezien zijn vroege voorbereiding. Iemand die ambitieus of autonoom is zou dit niet kunnen doen, zou niet zo’n onverklaarbare reis kunnen maken of zo’n groot uithoudingsvermogen, geduld en stabiliteit uit kunnen oefenen. Ze zouden gemakkelijk in elkaar storten, want zij hebben niet de innerlijke kracht of de grotere verbindingen met het leven om zo’n enorme taak op zich te nemen.

Hij moest erop voorbereid zijn de grote problemen aan te kunnen waarmee het brengen van de voorbereiding naar een wereld vol onenigheid, angst, woede en wantrouwen gepaard zou gaan – waar mensen gevangen zitten in hun overtuigingen en hun eigen gelijk, hun mislukkingen en hun jacht op rijkdom en macht.
Wie van hen kan God opnieuw horen spreken, door deze persoon heen? Ze mogen dan wel hun religie bestuderen. Ze mogen dan zelfs godsdienstleraar worden of wetenschapper of advocaat, maar wie kan het horen als God weer zal spreken? Wie heeft de bescheidenheid om zijn ideeën en overtuigingen te herzien? Wie kan luisteren naar het roeren van zijn hart en niet alleen maar gefixeerd zijn in zijn overtuiging en vaststaande mening en alles waar hij in heeft geïnvesteerd bij het bouwen aan zijn positie in de wereld?

Ze zouden de Boodschapper niet aanvaarden, hij die het antwoord is op hun gebeden. Ze zouden hem bestrijden, hem veroordelen en hem wegsturen, want ze zijn nog niet klaar om hem te aanvaarden. Ontmoediging, teleurstelling, projecties van kwaad en verwijt op de Boodschapper zullen zich boven hem opstapelen terwijl hij voortgaat. Zelfs nu staat hij op de drempel van een wereld die hem geen welkom heet, terwijl hij zoekt naar die mensen die kunnen antwoorden, die als eersten klaar zijn om de realiteit dat God weer gesproken heeft te accepteren.

Ze zullen uit elk land komen, uit elke natie, elke cultuur, een voor een, niet in grote groepen. Er zullen geen hordes mensen op de Openbaring afstormen. Het zal beginnen met een oproep, een grootse oproep, die niet alleen in de buitenwereld, maar ook in de binnenwereld bestaat. En ze zullen de moed en het vertrouwen en de wijsheid moeten hebben om te antwoorden.
Als ze niet antwoorden en niet kunnen antwoorden en niet tegemoed kunnen komen aan de eisen van hun eigen roeping, die veel minder moeilijk en veeleisend is dan die van de Boodschapper, dan kan het zijn dat de Nieuwe Boodschap geen houvast of voet aan de grond krijgt in de wereld en niet in staat is om de wereld in deze tijd te dienen zoals de bedoeling was.
Want de mensheid staat op de rand van falen –het vernietigen van de wereld waar ze in leeft, het vervallen tot wanhoop, in chaos, in eindeloze oorlogen en conflicten over wie toegang zal hebben tot de resterende hulpbronnen in de wereld.

Dit is dus niet een Openbaring voor een of andere ver verwijderderde nood, maar voor de onmiddellijke noden van mensen overal. Want leven zonder de kracht van Kennis is leven in grote angst en onzekerheid. Het betekent lijden.
De Boodschapper is hier om dat lijden te verlichten, om mensen versterking en kracht te geven, en om aan hen de Wil van de Hemel bekend te maken en de ware aard van hun spiritualiteit en hun grotere roeping in de wereld, en wat de wereld echt van hen nodig heeft, buiten wat ze zelf misschien willen geven voor hun eigen geluk.

Hij staat nu op deze drempel en roept mensen op over de hele wereld, want dit is een Lering voor de hele wereld en niet slechts voor een stam, een natie, een streek of een groep. En de timing is uiterst belangrijk omdat de Boodschap gegeven wordt voor de wereld van nu. Het is niet iets dat slechts op een achteloze manier bestudeerd wordt, of gedurende lange tijd overdacht, of waarover getwist en gedebatteerd wordt in aula’s van academies, waar Kennis zo ontzettend zeldzaam is.

Dit is een dringende Boodschap voor de mensheid. Nu is de tijd. De behoefte is overweldigend en groeit met elke dag die voorbij gaat. De mensheid kan niet zien noch weten wat ze moet doen. Te weinig mensen hebben de diepere overtuiging om te doen wat echt noodzakelijk is. Ze moeten bereikt worden door de Openbaring. Ze kunnen gewoon Christen of Boeddhist of Moslim blijven, maar de Openbaring moet hen bereiken – voldoende mensen in de wereld.

Dus de Boodschapper staat onder enorme druk om dit te doen met zeer beperkte middelen en steun. Hij heeft altijd te maken met onzekerheid, zie je, en het is een enorme uitdaging. Hij kan geen relaxt leven leiden. Hij mag zichzelf niet gedurende lange tijdsperiodes in meditatie verliezen. Want hij is geroepen tot een grote dienst in de wereld, waar de noden intens zijn en met de dag groeien. En hij is degene die het antwoord van God heeft.

Dit is waar zijn kracht, zijn geduld en zijn vastberadenheid echt nodig en vereist zijn, anders zou hij in elkaar zakken en te gronde gaan. Hij zou zichzelf overgeven aan een of andere wild, ongepast traject, om anderen te zoeken of verleid te worden door anderen die hem en zijn Openbaring zouden willen gebruiken voor hun eigendunk en ideeën.

Niemand begrijpt het leven van de Boodschapper. Maar Wij geven deze dingen aan jou zodat je mag gaan waarderen wie deze persoon is en wat zij hebben moeten doen en de lange reis die zij hebben moeten maken. Jullie die ongeduldig zijn in alles kunnen je niet voorstellen hoeveel geduld dit heeft gevergd en welk uithoudingsvermogen dit verlangd heeft en welke kracht en verantwoordelijkheid hiervoor nodig waren.
God wil dat je het process van Openbaring begrijpt. God wil dat je het leven van de Boodschapper begrijpt, als je dat kunt. God wil dat je dit voelt met je hart en het niet alleen opmaakt met je ideeën.

God wil dat je weet hoe belangrijk de Openbaring is en wat het allemaal gekost heeft om haar in de wereld te brengen, zowel voor de Boodschapper als voor hen die naast hem stonden en die met hem samen hebben gereisd gedurende zo’n lange tijd, gedurende de lange periodes dat hij verborgen moest blijven – en zich voorbereidde, zichzelf opbouwde en studeerde.
Dit zijn de heiligen van de Openbaring, niet omdat ze zo stralend voortreffelijk waren, maar om datgene wat ze in staat waren te doen, en de trouw die zij hebben getoond, en de moed en de betrokkenheid die hun leven bewogen heeft.

Bekijk dit in contrast met alles en iedereen om je heen, en je zult de kracht en de betekenis hiervan voor je leven beginnen in te zien. Want ook jij hebt een grotere bestemming en opdracht en kunt leren van het leven van de Boodschapper. Maar je wordt niet geroepen om te doen waarvoor hij geroepen werd. Jij werd niet de wereld ingezonden waarvoor hij de wereld ingezonden werd, maar om hem en anderen bij te staan op simpele en eenvoudige wijze maar met de grote vitaliteit, de grote kracht en het grote geduld zoals de Boodschapper tot dusverre heeft laten zien.
De Hemel ziet op hem neer met grote waardering, maar ook met dringende noodzaak. De Hemel beschouwt zijn vrouw en zijn zoon als de sleutels tot zijn success. De Hemel kijkt gespannen naar hen die naar de Openbaring geroepen werden, want zij zijn nu belangrijk, belangrijker dan zij zelfs weten of beseffen.

Het is de Wil van de Hemel dat God’s Boodschap tijdig aan de wereld wordt gegeven, zodat genoeg mensen zich kunnen voorbereiden op de grote verandering die over de wereld komt en op de ontmoeting van de mensheid met leven in het universum, een realiteit die niemand in de wereld vandaag de dag begrijpt. Daarom heeft God de realiteit en de spiritualiteit van het leven in het universum onthuld als deel van de Openbaring. God heeft de Grote Golven van verandering die over de wereld komen onthuld zodat mensen gewaarschuwd en geïnformeerd zijn en dit grotere perspectief aangereikt krijgen, hetgeen meer duidelijkheid, meer zin en betekenis voor hun leven en activiteiten zal meebrengen.

God bereidt je niet alleen op de Hemel voor. God maakt je klaar om om te gaan met de echte wereld en de Nieuwe Wereld die eraan komt die nog maar zeer weinig mensen in de wereld kunnen zien.

Jij moet ook de nederigheid hebben de Openbaring te ontvangen. Je moet de kracht en volharding hebben om de Stappen naar Kennis te nemen. Je moet de moed hebben te leven met vragen die nog niet beantwoord kunnen worden. Ook jij moet de roeping doorleven die ver boven je verstand en je begrip uitgaan. Ook jij moet de Vier Zuilen van je leven opbouwen – de Zuil van Relaties, de Zuil van Werk en Inkomen, de Zuil van Gezondheid en de Zuil van Spirituele Ontwikkeling – al die zaken die de Boodlschapper ook moest doen en zo lang heeft gedaan.

Je zult zijn leven vollediger begrijpen als je zelf de reis onderneemt en ziet hoe werkelijk uitdagend het is, en hoe veel beloning het oplevert, en hoe verwarrend het kan zijn voor je begrip en je ideeën over jezelf. Want het is haar doel om je mee te nemen voorbij deze dingen naar een grootser leven, een grotere dienst en een hoger doel in de wereld.

De Boodschapper is nu in de wereld. Hij is een oudere man. Het zou een grote eer en zegen zijn voor jou om hem in zijn leven te ontmoeten en om van hem te leren en om zijn betuiging in je hart te bewaren en om de gave van de Openbaring van hem te ontvangen, hetgeen jou het leven zal geven dat je altijd gezocht hebt in andere dingen.

De Hemel zegent hem en zegent allen die van hem kunnen ontvangen. Hij is een eenvoudig man. Maar in de Hemel is hij welbekend, en staat hij naast de grote Boodschappers die de mensheid in het verleden hebben gezegend en geleid.